Toxische stress & traumagerelateerd gedrag

Bij een klein deel van de groep hoogbegaafde kinderen zien we helaas regelmatig ernstige signalen van toxische stress en traumagerelateerd gedrag. En hoewel de oorzaken wisselend kunnen zijn zien we vaak dat deze groep kinderen vastloopt in het onderwijs. Zij zakken af in niveau, motivatie, welbevinden en gedrag. Dit kan zulke extreme vormen aannemen dat een kind depressief wordt en/of heftige somatische of (internaliserende en/of externaliserende)   ‘gedragsproblemen’ gaat vertonen. De interventies die hierop volgen zijn nog te vaak reactief en symptoom-bestrijdend waardoor er soms juist onbedoeld een contra- effect bereikt wordt.

In dit artikel zal ik trachten de neurobiologie achter dit gedrag kort uiteen te zetten. 

Bij een kind dat gedurende langere tijd in bijna constante staat van stress verkeert kan de ontwikkeling van het brein anders verlopen dan bij andere kinderen.  In tijden van stress brengen stresshormonen (adrenaline, noradrenaline en cortisol) je lichaam in staat van paraatheid.  Dit is nodig zodat je, wanneer er gevaar dreigt,  snel tot actie kan komen.  Stress heeft dus ook zeker een functie. Als kinderen echter voortdurend in een stressvolle situatie leven, wordt hun stress systeem hyperactief en reageert het sneller dan bij kinderen die zich veilig en prettig voelen. Denk hierbij  dus zeker ook aan een groep hoogbegaafde kinderen die voortdurend niet ‘gezien’ en begrepen worden thuis en/of op school, afgekeurd om hun intensiteiten, een scheef zelfbeeld ontwikkelen door gebrek aan spiegeling met ontwikkelingsgelijken en vrijwel consequent worden afgeremd in hun cognitieve ontwikkeling. Er ontstaat als het ware een ‘ontwikkelingstrauma’ door een structurele mismatch met hun omgeving.

Een van de dingen die in de knel komt is de ontwikkeling van de zelfregulatie. Dit wordt door de buitenwereld vaak gezien en bestempeld als ‘onaangepast- of probleemgedrag’ en kan behoorlijk heftige vormen aannemen tot complete ‘meltdowns’ aan toe.. Zij zitten eigenlijk voortdurend aan de grenzen van hun ‘window of tolerance’.  Vergelijk dit met de spreekwoordelijke emmer die voortdurend tot de rand toe gevuld zit en dus bij elke extra druppel onmiddellijk kan overlopen.  Het kan ook zijn dat kinderen dit juist naar binnen keren waardoor er bijvoorbeeld in gedrag aangepast wordt maar er wel tic’s, darmproblemen, dwangneuroses, depressies en angststoornissen kunnen ontstaan. Vaak zien we zelfs een combinatie van zowel de internaliserende en externaliserende symptomen tegelijkertijd.

Hoe komt dit nou? Normaliter als er iets voorvalt wat ons bijvoorbeeld  boos maakt , kunnen wij doorgaans toch even  ‘nadenken’ over hoe wij hierop gaan reageren..  We slaan er meestal (gelukkig) niet direct op los en zijn  in staat emoties zo te reguleren dat we op een sociaal aangepaste manier ons ongenoegen kunnen uiten.

Dit komt omdat wij reageren vanuit onze prefrontale neocortex (mensenbrein) waar het cognitief beredeneren en logisch denken vandaan komt. Dit noemen we ook wel het ‘langzame’ brein.  Wat we echter zien bij mensen/kinderen met toxische stress is dat dit signaal naar die neocortex er simpelweg niet doorheen komt. Het limbisch systeem (met als kern de amygdala) is als het ware overactief en dit maakt dat een kind heel snel in de ‘fight, flight  freeze or fawn ‘ modus komt waarbij het simpelweg niet meer in staat is om het gedrag te reguleren. Het reageert dan namelijk vanuit het zogenaamde ‘reptielenbrein’ welke gestuurd wordt vanuit reflex en niet vanuit cognitie (dit brein is veel sneller dan het mensenbrein).

Door de overactieve stresshormonen zullen het brein, en ook het lichaam van het kind, dus vaak en snel in een directe ‘staat van paraatheid’ komen. Oók als er niet daadwerkelijk sprake is van gevaar..
De amygdala geeft dus  een signaal af aan het ‘reptielenbrein’ en het kind vertoond hierop een reflectieve respons..  Een respons waar dus geen controle over is..

Technisch: Toxische stress ontstaat door negatieve emoties in de amygdala, deze stuurt een seintje naar de hypothalamus, die het stresshormoon cortisol gaat aanmaken. Cortisol stimuleert de hypocampus, die deze stress moet afremmen. Bij een teveel stress(hormonen) raakt hypocampus overwerkt en kan deze onvoldoende afremmen. Dit resulteert in een beschadiging van de frontale cortex, die op zijn beurt weer de amygdala moet remmen (emotieregulatie). De amygdala is verantwoordelijk voor onze emoties en een onvoldoende geremde amygdala ontketend een ongeremde hoeveelheid aan negatieve emoties. Negatieve emoties sturen weer een seintje naar de hypothalamus die, jawel, nog meer cortisol gaat aanmaken..


Dit gegeven verklaart ook waarom de meeste reactieve en gedrags-regulerende interventies zo weinig effect hebbenDeze zijn vaak gericht op symptoom bestrijding in plaats van op het aanpakken van de oorzaak van de stress..  Sterker, onbedoeld voegt onze respons soms juist meer stress toe en komt een kind nog verder vast te zitten in deze negatieve spiraal.

Wat zien wij in het gedrag? Zoals ik eerder al noemde zien we meestal een fight-flight, freeze of fawn modus ontstaan. Ik zal  hieronder kort beschrijven welk gedrag je hierbij mogelijk waarneemt: 

*Fightmodus:
Boos zijn, schreeuwen, schelden, slaan, schoppen, gooien etc

*Flightmodus:

Rent weg, verstopt, mijdt oogcontact, hoofd op armen op tafel etc

*Freezemodus:
– Actief; kind is gelaten, laat het over zich heen komen maar hartslag en ademhaling wel verhoogd (hyperventilatie, paniekaanvallen)
– Passief; Shutdown, kind naar binnen gericht, moeilijk te bereiken, hartslag en ademhaling verlaagd (dissociatie)

*Fawnmodus:
Aanpassen, sociaal gewenste antwoorden en gedrag, moeite met eigen grenzen aangeven

Het is in het geval van toxische stress zinvol om goed te gaan bekijken wat er echt aan ten grondslag ligt en allereerst te zorgen dat de oorzaken van de stress (systemisch) worden aangevlogen. Dit kan dan dan samengaan met de concrete uitleg voor een kind (psycho-educatie) wat er nu eigenlijk gebeurt in zijn/haar lijf en vanuit hier kan er gekeken worden welke verdere hulp en interventies er nodig zijn om het kind het beste verder te helpen. Dit is echter altijd maatwerk en een eenduidige ‘one size fits all’ oplossing bestaat niet. Vaak is het een combinatie van verschillende interventies gericht op dat kind (en zijn/haar omgeving), in die specifieke situatie.. Om deze reden heb ik ook bewust gekozen hier geen ‘rijtje’ van helpende interventies te plaatsen. Door dit te doen zou ik én voorbij gaan aan het maatwerk wat er nodig is én tevens dingen niet noemen die misschien in bepaalde gevallen ook helpend zouden kunnen zijn. Neem in geval van herkenning liever contact op met een specialist. 

 

.

.